Goedendag leerkracht,
Mijn naam is Merle Lier en ik studeer aan de Pabo 'Hogeschool de Kempel' te Helmond. Voor het vak beeldende vorming moet ik een interactieve site maken voor mijn stageklas (basisschool de goede herder, groep 8), met als hoofdonderwerp: beschouwen.
Op deze pagina staat mijn verantwoording voor dit onderdeel. Achtereenvolgens komen aan de orde: de beginsituatie, de leerlijn beschouwen, het vakconcept en de relatie met kerndoel 56.
Op deze pagina staat mijn verantwoording voor dit onderdeel. Achtereenvolgens komen aan de orde: de beginsituatie, de leerlijn beschouwen, het vakconcept en de relatie met kerndoel 56.
Beginsituatie van de kinderen
De leerlingen uit mijn stageklas hebben niet allemaal dezelfde beginsituatie. Daarom heb ik mijn vragen en sommige begrippen nader toegelicht en vereenvoudigd zodat ze passen bij de leeftijdsgroep van deze kinderen. Wel heb ik erop gelet dat ik alles duidelijke taal schreef. Geen moeilijke zinnen, geen moeilijke woorden en ik heb lange zinnen vermeden. Ook hebben de kinderen nog niet echt een ervaring in het beschouwen. Ze hebben waarschijnlijk zelden bewust gekeken naar “beelden” en daarbij zichzelf vragen gesteld of antwoord gegeven op vragen die gesteld worden. Ik probeer dan ook het meest elementaire onderdeel van onderzoek ”het actief kijken” te prikkelen.
Leerlijn beschouwen
Tijdens het beschouwen van de beelden van Dali, wordt de kinderen gevraagd bewuster te kijken naar de ‘beelden’ die ze te zien krijgen en ook een vergelijking te maken met wat zij al (her)kennen of weten. Voor de kinderen is het vooral leuk en leerzaam omdat het bij deze opdracht echt wordt ingespeeld op de vaardigheid van het kind, namelijk: kijken en bekijken. Nadat de kinderen hebben gekeken gaan ze vragen beantwoorden en als laatste zouden ze ook nog zelf aan de slag kunnen gaan met een eigen kunstwerk. Ik heb dus voor de leerlijn middenbouw gekozen. De site, de vraagstelling van de kijkvragen en de gekozen beeldmateriaal sluiten aan bij de doelgroep en de leeftijd van de kinderen. Ze komen meer te weten over het beroep: 'kunstenaar'. Ze kijken naar kunstwerken en kijken bewust naar hoe het gemaakt is. Hierna gaan ze bekijken of ze objecten herkennen uit hun directe omgeving.
Het vakconcept beschouwen bestaat uit drie hoofdbegrippen: het vergroten van beeldvaardigheden, het vergroten van het cultuurbegrip en het ontwikkelen van het probleemoplossend vermogen. Deze drie hoofdbegrippen worden verwerkt in de opdrachten en de kinderen zullen hiermee gaan werken.
Het vergroten van beeldvaardigheden
Kinderen zien en denken in beelden en communiceren via taal, toch zijn ze zich daar nog niet echt van bewust. Vooral de beeldvaardigheden moeten nog verder worden ontwikkeld, zodat de kinderen de boodschap die het beeld wil brengen ook echt kunnen begrijpen. Dit kan alleen door voortdurende oefening. Door middel van beeldend onderwijs leren kinderen dat de betekenis van een beeld niet vaststaat, maar dat er ook individuele waarnemingen zijn en ze hun eigen interpretaties kunnen maken bij het beeld. Ze leren dat hun gevoel hierbij een grote rol speelt. Dit zie je ook terug op deze site. Daarom heb ik bewust gekozen voor een surrealistische kunstenaar (Salvadore Dali). Het gevoel staat erg centraal en kleuren en emoties zijn heel persoonlijke onderwerpen. Vragen die aan de kinderen gesteld kunnen worden zijn open vragen zoals:
- wat zie je?
- wat voel je als je dit ziet?
- zou jij dit kunstwerk op je kamer hangen? Waarom?
- waar moet je aan denken als je dit ziet?
- wat vind je van de kleuren? Kloppen ze?
- wat zie je?
- wat voel je als je dit ziet?
- zou jij dit kunstwerk op je kamer hangen? Waarom?
- waar moet je aan denken als je dit ziet?
- wat vind je van de kleuren? Kloppen ze?
Het vergroten van cultuurbegrip
'Jongeren blijken dus wel degelijk cultureel actief zolang ze maar niet belast zijn met het idee dat iets kunst of cultuur is', zegt Marjolein de Boer, directeur van CJP. Jongeren tussen 15 en 17 jaar vatten de begrippen kunst en cultuur 'smal' op: schilderijen, musea, schouwburg, ballet, klassieke muziek. En juist in die gevestigde culturele organisaties voelen jongeren zich niet op hun gemak door het vergrijsde publiek en de regeltjes die er 'blijkbaar' gelden. 'Je moet er stil zijn en je mag heel veel dingen niet'…. Marjolein de Boer: verbreedt de cultuurdefinitie: het maakt niet uit of je van Bach, backpacken, Justin Bieber, David Beckham, boerenrock, Bukowski, Bono of buikdansen houdt. Laat jongeren in discussie gaan met elkaar en neem hun smaak serieus.'
Jonge kinderen zijn (gelukkig) hiermee nog niet belast. Belangrijk is dus om zoveel mogelijk variatie aan te brengen (o.a. muziek, kleding, tekenen, schrijven, fotograferen, dansen (dance battle) en zingen (X-factor-kids)). Door middel van beeldend onderwijs leren kinderen waardering te ontwikkelen voor cultuur en verwerven zij kennis en inzicht in de zeggingskracht van beelden. Door naast beschouwen zelf actief bezig te zijn met vormgeven, beseffen kinderen hoe bepalend een persoon (zijn identiteit en achtergrond) is voor een beeldend product. Zo wordt een beeldend onderwerp betekenisvol en stimuleert hun leerproces.
Vragen die aan de kinderen gesteld kunnen worden zijn open vragen zoals:
- vind je dit mooi?
- waarom zou Dali dit gemaakt hebben?
- kun je hier rondom school iets noemen wat je mooi of grappig vind?
- welk cultureel TV programma vind je het leukste?
Jonge kinderen zijn (gelukkig) hiermee nog niet belast. Belangrijk is dus om zoveel mogelijk variatie aan te brengen (o.a. muziek, kleding, tekenen, schrijven, fotograferen, dansen (dance battle) en zingen (X-factor-kids)). Door middel van beeldend onderwijs leren kinderen waardering te ontwikkelen voor cultuur en verwerven zij kennis en inzicht in de zeggingskracht van beelden. Door naast beschouwen zelf actief bezig te zijn met vormgeven, beseffen kinderen hoe bepalend een persoon (zijn identiteit en achtergrond) is voor een beeldend product. Zo wordt een beeldend onderwerp betekenisvol en stimuleert hun leerproces.
Vragen die aan de kinderen gesteld kunnen worden zijn open vragen zoals:
- vind je dit mooi?
- waarom zou Dali dit gemaakt hebben?
- kun je hier rondom school iets noemen wat je mooi of grappig vind?
- welk cultureel TV programma vind je het leukste?
Het ontwikkelen van het probleemoplossend vermogen
Wanneer kinderen gevraagd wordt om een beeldende opdracht te maken waarbij ze uitgedaagd worden om creatief te werk te gaan, ook bij eventuele problemen, krijg je de mooiste oplossingen. Kinderen zijn van naturen erg vindingrijk en creatief, dat stimuleert niet alleen hun vormgevingsproces maar ook het probleemoplossend vermogen.
In het proces is het, het belangrijkste dat kinderen leren door te experimenteren en zich niet laten tegenhouden door regels en processen.
Beschouwen wordt ook wel gezien als een onderdeel van het vormgevingsproces. Iemand die vormgeeft, onderzoekt al de mogelijkheden van het materiaal, de variaties in vorm en kleur en denkt na over de compositie. Hierdoor ontstaan weer nieuwe ideeën.
Vragen die aan de kinderen gesteld kunnen worden zijn open vragen zoals:
- kan dit ook buiten staan of hangen?
- wat zou je moeten veranderen om dit te doen?
- welke andere oplossingen zijn mogelijk?
In het proces is het, het belangrijkste dat kinderen leren door te experimenteren en zich niet laten tegenhouden door regels en processen.
Beschouwen wordt ook wel gezien als een onderdeel van het vormgevingsproces. Iemand die vormgeeft, onderzoekt al de mogelijkheden van het materiaal, de variaties in vorm en kleur en denkt na over de compositie. Hierdoor ontstaan weer nieuwe ideeën.
Vragen die aan de kinderen gesteld kunnen worden zijn open vragen zoals:
- kan dit ook buiten staan of hangen?
- wat zou je moeten veranderen om dit te doen?
- welke andere oplossingen zijn mogelijk?
De relatie met kerndoel 56
‘De kinderen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.’
Door middel van een kunstzinnige oriëntatie maken kinderen al gauw kennis met kunstzinnige en culturele aspecten in hun leefwereld. Het gaat bij dit domein om kennismaking met die aspecten van cultureel erfgoed waarmee mensen in de loop van de tijd vorm en betekenis hebben gegeven aan hun bestaan. Het gaat bij kunstzinnige oriëntatie ook om het verwerven van enige kennis van de hedendaagse kunstzinnige en culturele diversiteit. Dit vindt zowel op school plaats als buiten school plaats, de kinderen leren zich aan de hand van kunstzinnige oriëntatie open te stellen: ze kijken naar schilderijen en beelden, ze luisteren naar muziek, ze genieten van taal en beweging. Kunstzinnige oriëntatie is er ook op gericht om een bijdrage te leveren aan de waardering die de kinderen hebben voor culturele en kunstzinnige uitingen in hun leefomgeving. Ze leren daarnaast zichzelf te uiten.
Deze website heeft als thema: beschouwen. De leerlingen kijken naar de werken van Dali en beantwoorden de vragen over de werken. Door het maken van de vragen krijgen de kinderen een andere kijk op deze werken en misschien ook op andere werken. Ze gaan kijken wat Dali belangrijk vond in zijn schilderijen, ook gaan ze zichzelf erg bezighouden met gevoelens die Dali in zijn schilderijen wil oproepen, welke gevoelens dat bij de kinderen oproept en hoe je dat in zijn schilderijen terug ziet. Bij de laatste vraag van de opdrachten mogen de kinderen hun eigen mening geven. Het is belangrijk dat de kinderen hun mening beargumenteren zodat ze echt gaan nadenken over wat ze willen typen.
Door middel van een kunstzinnige oriëntatie maken kinderen al gauw kennis met kunstzinnige en culturele aspecten in hun leefwereld. Het gaat bij dit domein om kennismaking met die aspecten van cultureel erfgoed waarmee mensen in de loop van de tijd vorm en betekenis hebben gegeven aan hun bestaan. Het gaat bij kunstzinnige oriëntatie ook om het verwerven van enige kennis van de hedendaagse kunstzinnige en culturele diversiteit. Dit vindt zowel op school plaats als buiten school plaats, de kinderen leren zich aan de hand van kunstzinnige oriëntatie open te stellen: ze kijken naar schilderijen en beelden, ze luisteren naar muziek, ze genieten van taal en beweging. Kunstzinnige oriëntatie is er ook op gericht om een bijdrage te leveren aan de waardering die de kinderen hebben voor culturele en kunstzinnige uitingen in hun leefomgeving. Ze leren daarnaast zichzelf te uiten.
Deze website heeft als thema: beschouwen. De leerlingen kijken naar de werken van Dali en beantwoorden de vragen over de werken. Door het maken van de vragen krijgen de kinderen een andere kijk op deze werken en misschien ook op andere werken. Ze gaan kijken wat Dali belangrijk vond in zijn schilderijen, ook gaan ze zichzelf erg bezighouden met gevoelens die Dali in zijn schilderijen wil oproepen, welke gevoelens dat bij de kinderen oproept en hoe je dat in zijn schilderijen terug ziet. Bij de laatste vraag van de opdrachten mogen de kinderen hun eigen mening geven. Het is belangrijk dat de kinderen hun mening beargumenteren zodat ze echt gaan nadenken over wat ze willen typen.